Remia gaat met de VEGAPULS voor de top
Tegenwoordig worden meer verschillende sauzen gevraagd, kleinere verpakkingen en langere houdbaarheid, waardoor er vaker reiniging nodig is. Daarom wilde Remia de niveaumeting verbeteren, maar de producten leveren wel eens problemen op met membranen van drukopnemers en stemvorken van niveauschakelaars. En loadcells zouden dure aanpassingen betekenen. Is niveaumeting met een radar een mogelijke oplossing? Remia heeft er positieve ervaringen mee, en heeft bewuste keuzes gemaakt welk type ze waar wil toepassen.
Op een zonnige dag arriveer ik bij Remia. Het bedrijf, dat in 1925 begon onder de naam De Rooij’s Elektrische Melangeer Inrichting Amersfoort, zetelt sinds 1952 in Den Dolder.
“We willen de beste sausfabriek in Europa zijn en de lekkerste sauzen maken.” Aan het woord is Jaap Stijlaart, plant manager vanaf 1993. Afgestudeerd in technische scheikunde in Eindhoven, waren voor hem de fysische transportverschijnselen in de food een uitdaging: emulgeren, verpompen en verstijfselen. “Zolang het product de juiste structuur had, de juiste verhouding zuur en zout en de juiste kleur, was het oké. Het belangrijkste is: koop je het product weer.” De fritessaus en ketchup zijn jaar in jaar uit als lekkerste getest door de consumentenbond. Naast het eigen merk Remia produceert de fabriek ook de vele private labels, exporteert zij 40% van haar volume, en maakt ook bio, koosjer en halal-producten.
Bij het gesprek zijn ook aanwezig Erik van Roode, elektrotechnische dienst, sinds 1999 bij Remia en Ed Oostveen, assistent chef technische dienst – al 34 jaar bij Remia. Het bedrijf is een familiebedrijf, waar iedereen graag blijft werken.
Reinigen belangrijker geworden
Reinigen is belangrijker geworden. Vroeger ging een literpot fritessaus in de grote gezinnen in een avond leeg. De gezinnen worden kleiner, zo ook de porties. Een 250 ml tube krijgt nu een houdbaarheid van 9 maanden mee. Met meer dan 2.000 producten betekent dit veel productieruns en frequent reinigen, waar vier CIP-sets voor zorgen. De lijn wordt na de CIP op ATP getest voor vrijgave. De hygiënische normboekjes (richtlijnen, red.) van EHEDG (European Hygienic Engineering & Design Group) zijn al in 1995 aangeschaft en zo stelt Remia eisen aan de uitvoering van de projecten, om apparatuur ook reinigbaar te hebben.
“We gaan voor de top” is een levenshouding van Stijlaart. Tot zijn 28e deed hij aan wedstrijdatletiek, daarna recreatief racefietsen. Na op zijn 54e de Mt. Ventoux beklommen te hebben, trok hij de hardloopschoenen weer aan om in de masterklasse deel te nemen, en is inmiddels Nederlands kampioen op de middenafstanden (1.500-10.000 m) geworden – en dat is ook zijn motto voor Remia.
Dat kun je ook wel zien als je aankomt: er liggen inmiddels 4800 zonnepanelen op het dak. De fabriek is sinds 2017 100% klimaatneutraal. Afval wordt gescheiden, het waterverbruik teruggedrongen en 77% van de verpakking is recyclebaar.
Verbeterde niveaumeting
Hetzelfde zie je terug bij proceslijnen in de fabriek: “Gaan voor de top, maar binnen de grenzen van wat haalbaar is.” Een probleem dat we nu de afgelopen periode getackeld hebben, is de niveaumeting in de tanks. De niveaumeting in de tank, een standaard hydrostatische drukmeter, is niet altijd betrouwbaar. Een aantal (deel)recepten hebben een hoog zoutgehalte en kunnen het membraan aantasten. Uiteraard wordt het niveau ook bewaakt door een hoog- en laag-niveauschakelaar. De sauzen zijn echter ook viskeus en kleine klontjes blijven kleven aan de stemvorken die als hoog- en laagniveau werken. Een goede oplossing destijds met loadcells was erg prijzig, omdat het om totaal 50 tanks ging en ook het leidingwerk dan zou moeten worden aangepast. Toen er een alternatief voor de niveaumeting kwam met de VEGAPULS64, een 80 GHz radar, wilde Stijlaart dit als eerste proberen. De radar werd boven in de tank gemonteerd en meet de afstand tot het vloeistofniveau tot op 1 mm nauwkeurig. De meting is onafhankelijk van temperatuur, schuim en werd door de nauwe zendhoek (3 graden) niet gestoord door het roerwerk in de tank. Door de verticale montage blijft er bijna nooit product aankleven. Testen lieten ook zien dat ook als er een productrest aan zou zitten, de radar hierdoorheen kan meten en de meting niet verstoord wordt. Het voordeel was ook dat VEGAPULS tot recht boven de uitlaatklep kan meten, en dat maakt een laagniveauschakelaar overbodig. Bovendien is de nieuwe meter bovenin beter te reinigen, niet gevoelig voor de kracht van een jet sproeier en blijft er geen laagje water achter zoals op de oorspronkelijke niveaumeter onderin.
De mogelijkheid bij het gebruik van de radar om ook de hoog-niveauschakelaar te schrappen, heeft Van Roode nog niet overwogen. “Het is altijd de vraag welke veiligheden je moet inbouwen. Liever ingebouwd op PLC-niveau, omdat deze in milliseconden reageert, dan in Scada of op MES-niveau, want dat praat je al gauw over seconden of minuten reactietijd.” “Een verdere graad van automatiseren gaat processen ook ingewikkelder maken, wat betekent dat de operator niet meer naast de lijn staat om te bedienen en direct in te grijpen bij een overvulling.”
Betrouwbaarheid
“Vanaf 2017, plaatsing van de eerste VEGAPULS, zijn 36 van de 50 tanks voorzien. Er is tot nu toe één VEGA-radar uitgevallen met onbekende oorzaak, maar deze viel gelijk in storing en gaf in ieder geval geen vals niveau aan, zoals met een druksensor als niveaumeting wel het geval is” vertelt Van Roode verder. Bij navraag bleek dat dit uiteindelijk te maken had met een onvolledige inregeling (red.). Elke productielijn heeft twee werktanks, die alternerend worden gebruikt. “De VEGAPULS64 wordt gebruikt voor de geroerde werktanks. De VEGAPULS31 wordt gebruikt voor buffertanks zonder roerwerk, waar het rustiger medium minder instellingen vereist.”
Het is mooi om bij een bedrijf als Remia te zien dat voedselveiligheid en milieu hoog in het vaandel staan. Het uitgangspunt blijft om storingen tot een minimum te beperken. En dat de oplossingen soms hand-in-hand met elkaar gaan en niet automatisch leiden tot extra kosten (TCO). Het vraagt wel moed om die uitdaging aan te gaan, dus wat eigen inspanning om uit de omgeving van de traditionele oplossingen te stappen. Maar dan bereik je wel je doel, als je tenminste voor de top wilt gaan.
